Ik heb zin om een garnalenkroket te gaan eten bij Kwekkeboom. Bij binnenkomst wordt mij zonder omhaal gevraagd wat ik wil. Ik word op het handenwasmachientje gewezen en dan mag ik gaan zitten.

Vier dubbele tafeltjes op de vereiste afstand van elkaar langs een muur. Het licht is gedempt, de aankleding donker. Ik ga op de bank tegen de muur zitten.

Aan mijn linkerkant zit een vrouw, de twee tafels aan mijn rechterkant zijn leeg. Even later zijn alle tafels bezet, twee stellen en twee alleenzittende vrouwen.

De garnalenkroketten worden gebracht, ik eet ze op, terwijl ik zwijgend recht voor me uit de winkel in kijk. Naar de toonbank met de taartjes en de kassa.

Achter de toonbank de dame, een beetje gezet type, die in haar eentje de hele zaak moet runnen. Ze is bezig met het volgens de regels nauwgezet uitvoeren van alle bestellingen. Tot en met het contactloos afrekenen.

Ik denk aan de voormalige DDR. Zoals ik me voorstel dat de mensen zich daar 'onder vreemden' moeten hebben gevoeld.

Toen we elkaar nog konden aanraken smaakten de garnalenkroketten beter.

Mia

Amsterdam, 25 augustus 2020